Besturen in tijden van corona

23 april 2020 door

Na de persconferentie van premier Rutte zat ik een beetje gedeprimeerd achter de televisie. Geen woord over de economie, alleen “Houd vol!”. Ik was niet de enige, merkte ik toen in de volgende dag een collega sprak. En al helemaal niet meer toen ik de Tweede Kamer hoorde debatteren.

Allereerst: het coronavirus is natuurlijk een enorme bedreiging, zeker voor ouderen die al ziek of kwetsbaar zijn. Dat we hen beschermen is een kwestie van beschaving. Maar er is een tegenstelling gecreëerd, die niet helemaal klopt.

Beste behandeling

We kunnen onze goede zorg betalen met het geld dat we verdienen. Sterker nog: los van de corona-epidemie zouden de zorgkosten de stijgende welvaart in de komende tien jaar ruim overtreffen. De welvaartswinst zou nagenoeg geheel opgaan aan zorgkosten. Dat komt doordat nieuwe technieken duurder (kunnen) zijn en omdat de vraag groter wordt door de vergrijzing. Deze problematiek stelt ons al voor grote uitdagingen, want we willen niemand de beschikbare beste behandeling ontzeggen.

Fictie

En dat is waarvoor de Nijmeegse hoogleraar Ira Helsloot, expert op het gebied van veiligheid, al in een vroeg stadium voor waarschuwde: zonder een gezonde economie staat onze zorg straks onder druk. Dat gaat straks slachtoffers kosten, vermoedelijk meer dan het coronavirus nu kost.

In de economische psychologie weten we dat de mens beperkt is in het denken in tijd. Een euro vandaag is meer waard dan tien over tien jaar. Als ik dat naar deze situatie mag vertalen: een dode vandaag is erger dan tien over tien jaar. Want degene die vandaag sterft is een mens, de tien over tien jaar zijn een fictie.

Iets gematigder

Het is dus moeilijk om te sturen op die tien jaar. Bovendien: degene die nu premier is, draagt de verantwoordelijkheid voor de gezondheid op dit moment. Hij zal worden afgerekend op ‘onnodige doden’ die nu vallen. Wilders zette in het eerste coronadebat al meteen tienduizenden doden op het geweten van Rutte. Gelukkig werd 'ie later iets gematigder.

Ik zie dus zorg en economie niet als een tegenstelling. Ze gaan hand in hand. Een nieuwe uitbraak gaat ten koste van de economie, een zware recessie ten koste van de zorg en de gezondheid.

Breder kijken

Het is te hopen dat het kabinet toch goed naar de Kamer heeft geluisterd. Zoals economen geen virologen zijn, zijn virologen geen economen. Ook een Jaap van Dissel kan de verantwoordelijkheid voor een complete economische ontwrichting niet dragen – hij wil dat ook helemaal niet. Het voorstel om een aparte groep samen te stellen met vertegenwoordigers uit alle disciplines is een prima plan. We moeten breder kijken.

Aantasten

Te meer daar de economische vooruitzichten wel erg somber dreigen te worden. Het idee dat we met een korte hevige dip, het zogeheten V-scenario, er van af komen, wordt steeds onwaarschijnlijker. De banen van honderdduizenden mensen staan op het spel. De kans op een langdurige crisis wordt groter. Die crisis zou ook de pensioenen aantasten – het inkomen waarvan wij straks de zorgkosten, eigen risico en eigen bijdrage moeten betalen.

Kapper

Daarom is een goede afweging tussen de belangen op korte termijn – het temmen van de coronavirus – en de belangen op de lange termijn – goede zorg voor de ouderen straks – essentieel. En dat vereist meer visie dan het kabinet nu toont, met alle respect voor de moeilijke omstandigheden waarin dat moet opereren.

Het zou goed zijn als de samenleving nu meer perspectief krijgt geboden. En daarvoor is meer nodig dan alleen dat inmiddels noodzakelijke bezoekje aan de kapper. Ik blijf hopen, voor nu en later.