22 juli 2013

'Woning moet geschikt zijn voor levensfase'

Een woning is niet langer ‘voor altijd’, maar moet geschikt zijn voor de levensfase, aldus bijna 75 procent van de ANBO-leden in onderzoek onder ruim 1700 respondenten. En dat is goed nieuws, zegt ANBO-directeur Liane den Haan, omdat hiermee de verrassende bereidheid wordt uitgesproken om de gezinswoning te verlaten voor een woning die is afgestemd op de behoeften van senioren. Tegelijkertijd doemen problemen op, omdat er een groot tekort is aan die broodnodige seniorenwoningen en woningen die aangepast zijn aan mensen en hun beperkingen.

Tekort van 84.000 woningen

“Door het beperken van de toegang tot instellingszorg, blijven mensen langer zelfstandig wonen. Ondersteuning, zorg en hulp moeten thuis of in de buurt geleverd worden. Nu is er een tekort van 84.000 geschikte woningen, waarvan de helft ook geschikt zou moeten zijn voor zorg op afroep. Minister Blok, minister van Wonen, vindt een actieplan ouderenhuisvesting niet nodig? Daar moeten we nog maar eens over praten”, zo zegt Den Haan. Door de wijzigingen op het gebied van het scheiden van wonen en zorg zal de vraag naar dergelijke geschikte woningen voor senioren en mensen met een beperking toenemen, zo blijkt uit de recent verschenen Monitor Investeren voor de Toekomst 2012. Bovendien helpt een impuls in de bouw van seniorenwoningen om de woningmarkt uit het slop te trekken.

87 procent wil thuis blijven wonen

ANBO onderzocht de behoeften van senioren bij de steeds verder toenemende scheiding van wonen en zorg, nu mensen met een lichte zorgvraag – uitgedrukt in zogeheten zorgzwaartepakketten – geen toegang meer krijgen tot een zorginstelling. Van alle zelfstandig wonende senioren wil 87 procent ook zelfstandig blijven wonen als ze zorg en ondersteuning nodig hebben. Het huidige huis is in slechts de helft van de gevallen geschikt om bijvoorbeeld de partner te verzorgen. Iets wat mensen ook in eerdere onderzoeken aangeven te willen doen. Negentig procent van de respondenten zou verhuizen om de zorgbehoevende partner in staat te stellen thuis te kunnen blijven wonen.

Woningen al langer ongeschikt

ANBO concludeerde eind vorig jaar, in veldonderzoek uitgevoerd met patiëntenfederatie NPCF, dat de meeste woningen waar zorg- of hulpbehoevende ouderen wonen ongeschikt zijn. Slechts een derde van de zelfstandig wonende ouderen in de verkenning woont in een gelijkvloerse (senioren)woning of een woning die aangepast is voor rolstoelgebruik. De meerderheid woont in een eengezinswoning of portiekflat zonder lift. Volgens de onderzoekers is het essentieel dat er meer gelijkvloerse rollator- of rolstoeltoegankelijke woningen komen. Om dat te realiseren moeten seniorenorganisaties, zorgaanbieders, gemeenten en woningbouwcorporaties op lokaal niveau gaan samenwerken.

Wél actieplan

Minister Blok wil nader onderzoek laten doen naar wonen met zorg, woningen waar zorg en diensten in de nabijheid of op afroep beschikbaar zijn. Begin 2014 volgt nadere informatie over een kennis- en experimentenprogramma Wonen en Zorg. Dat zou direct in 2014 al tot activiteiten moeten leiden. In tegenstelling tot Blok pleit ANBO wél voor een (actie)plan voor ouderenhuisvesting in combinatie met extramuralisering, het wonen met zorg en ondersteuning.

Gemeenten moeten verhuizen stimuleren

Staatssecretaris Van Rijn van Volksgezondheid wil bevorderen dat gemeenten met wooncorporaties prestatieafspraken maken over toewijzing en bij aanpassing voldoende rekening houden met mensen die in de toekomst langer thuis wonen en daar zorg ontvangen. In het ANBO-onderzoek zegt de helft van de respondenten dat gemeenten mensen desnoods met geld moeten stimuleren om hun ongeschikte eengezinswoning te verlaten en in een geschikte seniorenwoning te gaan wonen.