Veel AOW-ers maken geen gebruik van aanvullende inkomensondersteuning
Onverwachte cijfers
Dat zijn wel opvallende en onverwachte cijfers,’ stelt Liane den Haan, directeur-bestuurder van ANBO. ‘Zorgelijk is daarbij dat niet duidelijk is, ook niet voor de Sociale Verzekeringsbank, wat de oorzaak is dat men de aanvulling niet aanvraagt.’
Laaggeletterd of analfabeet
ANBO vermoedt dat het gaat om mensen die laaggeletterd zijn of analfabeet en dus niet weten hoe ze de regeling aan moeten vragen of de informatie van de SVB niet begrijpen. Het kan ook gaan om mensen die niet digitaal zijn. De SVB stuurt mensen die niet op digitale berichten reageren schriftelijk informatie. Een derde mogelijkheid is dat een deel van de groep heeft inkomen uit andere bronnen heeft, bijvoorbeeld omdat ze na hun pensioen doorwerken (als ZZP-er). Dan krijgen ze wel bericht van de SVB, maar hebben ze er toch geen recht op en vragen ze de aanvulling niet aan.
Aanbeveling
Den Haan: ‘Wat de oorzaak ook is, wij vinden dat dit goed uitgezocht moet worden. Afhankelijk van de uitkomst van zo’n onderzoek zou verder gekeken kunnen worden naar de aanbeveling van de Algemene Rekenkamer.’
Die aanbeveling komt er op neer om via koppeling van bestanden het niet-gebruik tegen te gaan; de SVB kan dan op basis van het inkomen zien of iemand in aanmerking komt. ‘Maar daar moeten nog eerst wat privacy hobbels genomen worden!’
AIO
(*)
Iemand komt voor een aio in aanmerking als zijn/haar AOW-inkomen onder het bestaansminimum komt. Dat kan gebeuren als je niet altijd in Nederland hebt gewoond en dus niet de volledige AOW hebt opgebouwd. Heb je geen andere inkomsten, dan kom je onder het bestaansminimum terecht. Als de Sociale Verzekeringsbank vermoedt, dat dit bij iemand het geval is, wijzen zij die persoon op de mogelijkheid van de aanvulling.
