6 september 2019

Spanning over korting pensioenen stijgt. Hoe zit het precies?

De pensioensector zit met de handen in het haar door de extreem lage, zelfs negatieve rente. Massale kortingen dreigen voor tien miljoen deelnemers en gepensioneerden. De Tweede Kamer wil alles op alles zetten om kortingen op de pensioenen zo veel mogelijk te voorkomen. Minister Koolmees gaat met de pensioensector in overleg om de situatie te bespreken.

“Als die massale kortingen doorgaan, is de minister het draagvlak voor een nieuw pensioenstelsel meteen kwijt”, zegt ANBO-directeur-bestuurder Liane den Haan. “Er staat heel veel op het spel. De politiek wilde het vertrouwen herstellen, maar dat verdwijnt juist als sneeuw voor de zon. Zolang de pensioenen afhankelijk zijn van deze belachelijke rekenrente, is een oplossing onmogelijk. De minister moet bewegen!”

Korting pensioenen: een toelichting

De politiek wil in elk geval kortingen zoveel mogelijk voorkomen. Hoe zit het nu precies met de korting? Zoals altijd in de pensioensector zijn de regels complex. Hieronder een uitleg, waarbij we uitgaan van de huidige situatie en de grote fondsen uitlichten. Voor uw eigen fonds kunt u op de betreffende website kijken. Uiteindelijk telt de dekkingsgraad van 31 december.

1. Pensioenfondsen zijn verplicht te korten als de dekkingsgraad langer dan vijf jaar onder de 104,5 procent blijft. Zij moeten dan in één keer naar die 104,5 procent korten, maar mogen de kortingen uitsmeren over (maximaal) tien jaar.

De metaalfondsen PME en PMT zijn het eerst aan de beurt. Zij hebben een dekkingsgraad rond de 90 procent (augustus 2019, officieel nog niet bekend gemaakt). Zij zouden dan 14,5 procent moeten korten, ofwel tien jaar lang 1,45 procent . De korting is onherroepelijk. Een hard gelag, zeker omdat zij tijdens de crisis al 7 procent hebben gekort.

De tweede grootste fondsen, ABP en Zorg en Welzijn, zijn in 2021 aan de beurt. Ook bij hen staat de dekkingsgraad rond de 90 procent. Ook hier dus een korting van die omvang.

Echter: bij het pensioenakkoord van juni 2019 is afgesproken dat de dekkingsgraad in de toekomst 100 procent moet zijn. Daarom zou er niet meer tot 104,5 procent maar tot 100 procent moeten worden gekort. Het idee was toen om te vermijden dat pensioenfondsen in elk geval niet boven de 100 procent dekkingsgraad zouden hoeven te korten (tussen 100 en 104,5 procent). Nu zou het betekenen dat de korting kleiner wordt: in plaats van die 14,5 procent wordt dat 10 procent. Minder, maar nog steeds ongekend veel.

2. Een andere regel is dat een pensioenfonds moet aantonen dat het binnen tien jaar op een dekkingsgraad van circa 125 procent komt (scheelt iets per fonds). Dat moeten zij aantonen met een herstelplan, waarbij de rendementen voor dat herstel moeten zorgen. Die rendementen zijn aan maxima (parameters) gebonden. Maar als een fonds te diep is weggezakt, lukt dat herstel niet meer. Dat is bij de kritische dekkingsgraad.

Een speciale commissie bekijkt met welke rendementen de pensioenfondsen mogen rekenen. De commissie Dijsselbloem heeft aangegeven dat die parameters lager moeten worden. Daardoor neemt de herstelkracht af en schiet de kritische dekkingsgraad omhoog. Voor ABP en Zorg en Welzijn van circa 88 naar 95 procent.

Ondertussen daalde de rente en daarmee de dekkingsgraad en zouden de twee grootste fondsen ineens moeten korten. Die korting moet leiden naar die kritische dekkingsgraad: van ca 90 naar 95 procent. Dat is 5 procent en uitgesmeerd  over tien jaar is dat 0,5 procent per jaar. Deze kortingen is niet definitief: als een fonds sneller herstelt vervalt de korting.

Echter: weliswaar is deze regel niet aan de orde geweest bij het pensioenakkoord, logisch is die niet meer. Immers: fondsen hoeven straks die buffer van 25 procent niet meer te hebben. Dus waarom dan korten voor iets wat niet meer nodig is? Minister Koolmees gaat dit met de pensioensector bespreken. Daarmee zijn de fondsen overigens maar even gered: een jaar later komen de regels onder punt 1 weer aan de orde.

Wat gaat er nu gebeuren?

Zoals gesteld: minister Koolmees gaat in overleg met de pensioensector om de regels opnieuw te bekijken en hij heeft een studie toegezegd over de lage rente voor het pensioenstelsel. De druk is groot, want eventuele maatregelen moeten wetgeving worden vertaald. En die moet klaar zijn voor 1 januari 2020.

Standpunt en inbreng ANBO

ANBO volgt het proces uiteraard op de voet en brengt haar standpunt – samen met onder meer de sociale partners – zoveel mogelijk voor het voetlicht.

Klik hier voor meer informatie over het pensioenakkoord

Klik hier voor meer informatie over ons standpunt

 

 

Spanning over korting pensioen