11 juli 2016

‘Keuzevrijheid bij flexibele AOW-wet’

‘Het kabinet Rutte II heeft op sommige dossiers keuzevrijheid ingevoerd. ANBO vindt het hoog tijd dat deze keuzevrijheid ook in onze wettelijke oudedagsvoorziening een rol gaat spelen. Een vaste, door de overheid bepaalde, pensioendatum hoort niet meer bij deze tijd.’ Dat schrijft ANBO in een brief aan de Vaste Kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, die tot 15 juli hun inbreng schriftelijk kunnen indienen op een wetsvoorstel hierover van Norbert Klein van de Vrijzinnige Partij. 

Antwoord op wat in samenleving leeft

ANBO directeur-bestuurder Liane den Haan: “Dit kabinet heeft op veel terreinen keuzevrijheid hoog in het vaandel staan, maar als het om pensioen gaat geven ze niet thuis. Nu is de AOW-leeftijd één vaste leeftijd waar niet van kan worden afgeweken. Zeg maar ‘Een one-size-fits-all’. Mensen moeten de keuze hebben om zélf te kiezen of zij bijvoorbeeld vijf jaar eerder of later willen stoppen met werken. Per saldo ontvangt de gepensioneerde ongeveer hetzelfde in zijn leven, waardoor de maatregel budgetneutraal uitgevoerd kan worden. Een variant hierop is ook mogelijk, waarbij mensen de AOW deels eerder of later laten ingaan. Wij zijn dan ook blij dit wetsvoorstel. Deze initiatiefwet geeft een antwoord op wat in de samenleving leeft. Een flexibele ingangsdatum van de AOW past wat ANBO betreft ook prima bij de mogelijkheden van flexibele pensionering in het tweede pijlerpensioen.”

Werkende senioren zijn voorstander

Ook werkende senioren zijn voorstander van flexibilisering van de AOW. Uit recent ANBO-onderzoek onder bijna 1100 werkende senioren blijkt dat 70 procent voorstander van flexibele AOW, nog eens 60 procent is voorstander van deeltijd-AOW. Bij de eerste variant kan men eerder of later met pensioen. Bij de tweede variant bouwt men de werkweek langzaam af. Eerst een dag minder werken, dan twee, enzovoorts. 

Tweede Kamer aan zet

Norbert Klein: “Na indiening van het initiatiefwetsvoorstel afgelopen februari dit jaar is de toelichting bij het voorstel aangepast na advies van de Raad van State (RvS). De belangrijkste zorg van de RvS was dat de kernelementen moeten blijven bestaan die de AOW kenmerken. Ik verzeker dat de kernelementen van de AOW onveranderd blijven; de AOW blijft een basisvoorziening, blijft een collectieve verzekering, het omslagstelsel blijft van toepassing en de AOW blijft eenvoudig van vormgeving. Er wordt alleen keuzevrijheid aan toegevoegd in het moment van ingangsdatum van de AOW. Het voorstel is nu gereed om besproken te worden in de Tweede Kamer.” 

Waarschuwen

Zowel ANBO als de Vrijzinnige Partij zijn voorstander van flexibiliseren, maar waarschuwen allebei dat financiële planning extra belangrijk wordt en dat voorlichting over de financiële gevolgen noodzakelijk is. Den Haan: “Een jaar eerder stoppen betekent al gauw 6,5 procent minder AOW voor de rest van het leven. Een jaar later betekent 6,5 procent meer. Mensen moeten zelf kunnen kiezen, maar moeten daarbij wel goed voorgelicht worden. Er moet dus goed gerekend worden, voordat men een keuze maakt voor een flex-AOW.” 

 

Lees hier de hele brief aan de Vaste Kamercommissie